Krijgen we de paling nog terug in ‘t groen?

Paling

Staat paling in ‘t groen straks niet meer op de menukaarten? Het zou zomaar eens kunnen, de glibberige vis is namelijk met uitsterven bedreigd. Reden genoeg voor UGent-onderzoeker Pieterjan Verhelst om in te grijpen. Hij zoekt manieren om de paling te redden: “De paling is deel van onze Vlaamse cultuur. Dat mogen we niet verloren laten gaan.”

Eerst en vooral: gaat het echt zo slecht met de paling?

“Veel mensen weten het misschien niet, maar de paling is wel degelijk met uitsterven bedreigd. De afgelopen 40 à 50 jaar is de palingpopulatie met 99 procent gedaald. Dat is enorm. De meesten kennen paling vanop hun bord. In Vlaanderen is dat paling in ‘t groen. In Nederland roken ze de paling. En in Groot-Brittannië maken ze er een stoofpotje van met een soort gelei. Dat je er nog op kan vissen en het op de menukaart van een restaurant staat, wekt niet echt de indruk dat palingen met uitsterven bedreigd zijn.”

Hoe komt het dat de palingpopulatie zo drastisch is gekrompen?

“Palingen moeten een lange weg afleggen om te kunnen paren. Zo’n 7.000 kilometer. Eerst blijven ze een paar jaar in onze rivieren waar ze vetreserves opbouwen. Eens ze genoeg reserve hebben, zwemmen ze richting de zee. Maar in die tocht passeren ze verschillende obstakels. Waterpompstations in de polders, waterkrachtcentrales en sluizen. Uit mijn onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat meer dan de helft van de palingen er niet in slaagt om de zee te bereiken in een kanaal vol sluizen. Naast obstakels zijn er ook andere factoren die spelen. Vervuiling, klimaatverandering en overbevissing spelen ook een grote rol.”

Is het dan nog verantwoord dat je paling kan eten?

“De bioloog in mij zegt onmiddellijk ‘neen’. Maar het is niet zo simpel. Heel wat mensen weten gewoon niet dat het er zo slecht mee gaat. Daarom heb ik enkele maanden geleden in samenwerking met Scriptie vzw een videospel ontwikkeld voor de Dag van de Wetenschap. In dat spel leer je heel wat bij over de fascinerende en mysterieuze vissoort, onder andere over hun gevaarlijke tocht naar de zee.”

Je noemt palingen mysterieus. Waarom precies?

“We weten eigenlijk niet zo bijzonder veel over de paling. Zo vermoeden we dat ze naar de Sargassozee (een gebied in de Atlantische Oceaan, ten oosten van de Verenigde Staten, nvdr.) gaan om te paren. Maar dat is gebaseerd op bevindingen van een onderzoeker die zo’n honderd jaar geleden in die regio heel wat jonge palingen vond. Zeker weten we het dus niet. Dat mysterieuze maakt het wel boeiend. Wist je trouwens dat de eerste wetenschappelijk geschriften over de paling dateren van in de tijd van Aristoteles? Het is bijna een privilege om onderzoek te mogen doen naar palingen.”

Waarop focust jouw onderzoek?

“Ik doe onderzoek naar het migratiegedrag van de paling. Om ze te kunnen volgen, gebruiken we ‘akoestische telemetrie’. Daarvoor plaatsen we zendertjes in de buik van palingen. De signalen die de zendertjes uitsturen, worden opgepikt door de ontvangststations in onze wateren. Zo kunnen we hen volgen tot ze in zee gaan.”

Eens ze in de zee zijn, kan je ze niet meer volgen?

“Dat is moeilijker, maar niet onmogelijk. Via die ‘akoestische telemetrie’ lukt dat niet. We kunnen moeilijk de hele Noordzee en Atlantische Oceaan vol plaatsen met ontvangststations. Om palingen in zee te volgen gebruiken we dataloggers. Dat is een soort van thermometer met dieptesensor die data opslaat. Het toestel hangen we aan de rug van de paling. Na een aantal maand komt de datalogger los en spoelt het ergens aan. Omdat er een adres op de loggers staat, kunnen mensen die terugsturen naar ons, tegen een beloning van vijftig euro. We ontvangen er regelmatig eentje, vooral na een storm. Op basis van de data die we krijgen, kunnen we zien waar de paling op welk moment was en op hoe ze zich gedragen in zee.”

Paling

Het uiteindelijke doel van je onderzoek is dus om de palingen terug naar de zee te krijgen. Kan dat?

“Er zijn oplossingen, maar het is niet makkelijk. Binnenkort komen er schroeven voor waterpompstations op de markt die veiliger zijn voor vissen, zodat ze niet allemaal in mootjes eindigen. Je kan ook waterkrachtcentrales uitzetten tijdens het trekseizoen van de paling. Nu gebeuren er op verschillende plekken, daarom niet altijd goed gekozen, kleine aanpassingen. Niet efficiënt als je het mij vraagt. Ik geloof meer in waterreservaten. Denk bijvoorbeeld aan de IJzerpolder. Die biedt veel potentieel als palingpolder. Daar moet je volop in investeren. Maak van die reservaten plekken waar de paling veilig kan leven en waar ze geen obstakels vinden eenmaal ze naar de zee trekken. Geen sluizen, waterpompstations of andere zaken. Daar kan niet alleen de paling, maar ook de zalm en de zeeforel van profiteren.”

33-67

Zoiets kost geld natuurlijk.

“Dat is zo. En ik besef dat het budget voor natuurprojecten altijd beperkt zal zijn, daar moet je je bij neerleggen. Anders word je depressief. Je moet realistisch zijn en kijken wat wel kan met de middelen die je hebt. Daarom moeten we ze ook efficiënter besteden. In druk bevaren scheepsvaarten investeren in visveilige oplossingen, heeft bijvoorbeeld weinig zin. Daar zijn nog zoveel andere obstakels, dat de investering teniet wordt gedaan.”

Waarom is het volgens jou zo belangrijk dat we de paling redden van de uitsterving?

“Eerst en vooral omdat het een grote economische waarde heeft in onze contreien. Heel wat vissers en zelfs restaurants zijn afhankelijk van de paling. Maar het is ook op sociaal vlak belangrijk. Dat er zoiets als palingfeesten bestaat, bewijst dat het echt een deel is van onze Vlaamse cultuur. Dat mogen we niet verloren laten gaan.”

Vanwaar die fascinatie voor die vissoort?

“Ik heb het altijd fascinerende dieren gevonden. Toen ik nog heel jong was, ging ik vaak langs bij mijn grootouders. Ik herinner me nog heel goed dat ik een bak zag in de tuin met twee slangen in. Zo leek het toch. Het waren natuurlijk geen slangen, maar palingen. Die fascinatie heeft me nooit echt losgelaten.”

Eet je zelf paling?

“(lacht) Neen, niet meer. Dat zou gek zijn.”

Red de paling

GAME

Heel wat mensen weten niet dat het slecht gaat met de paling. Daarom heeft onderzoeker Pieterjan Verhelst in samenwerking met Scriptie vzw een videospel ontwikkeld voor de Dag van de Wetenschap. In dat spel leer je heel wat bij over de fascinerende en mysterieuze vissoort, onder andere over hun gevaarlijke tocht naar de zee.

Paling

Lees ook

Mieke en Danny speuren de wereld af naar zwammen

Wat als de natuur je werkplek is, verspreid over de hele wereld? De onderzoeker als ontdekkingsreiziger, gepakt en gezakt, met de voeten in het veld of de jungle. Mycologen Mieke Verbeken en Danny Haelewaters reizen de aardbol rond, op zoek naar zwammen.

Fungi
view

De 5 meest voorkomende spinnen in en rond je huis

Daar is de herfst, daar komen de spinnen! Voor Bram Vanthournout van de vakgroep Biologie is dit de mooiste tijd van het jaar. Samen met zo’n 5000 Vlaamse vrijwilligers onderzoekt hij in het citizen science project Spin-city hoe spinnen zich aanpassen aan het leven in de stad. Voor durfdenken.be dook Bram in zijn statistieken op zoek naar de spinnen die het vaakst werden opgemerkt.

Kruisspin
view

Bomen en granaten: een verhaal van veerkracht van de natuur

Wat als bomen konden praten? Zo nu en dan gebeurt het. Zo vertelt een 250-jarige eik uit het kasteelpark van Elverdinge nabij Ieper meer over de Eerste Wereldoorlog. 

Boom
view

Negen dingen die je nog niet wist over paddenstoelen (Of zijn het zwammen? Of schimmels?)

Tijdens de herfst duiken ze overal op, en dan vooral in de bossen: de paddenstoelen. Maar wist je dat die eigenlijk maar een klein onderdeel zijn van een gigantisch, vaak ondergronds, netwerk? En dat planten zonder dat netwerk niet zouden overleven?

Panteramaniet
view