Mariene bioloog en professor-emeritus Patrick Sorgeloos (faculteit Bio-ingenieurswetenschappen) gaf de voorbije decennia vorm aan de moderne aquacultuur. Als zijn carrière hem één ding duidelijk gemaakt heeft, dan is het dat er een cruciale rol weggelegd is voor de aquacultuur om voedselzekerheid te blijven garanderen. “Meer dan de helft van onze voeding moet tegen 2050 uit zee komen. En dat kan.”
In het kort
- Dankzij het pionierswerk van mariene bioloog Patrick Sorgeloos staat de UGent vandaag bekend als wereldautoriteit op het vlak van het pekelkreeftje, of Artemia.
- Het pekelkreeftje is de babyvoeding van vissen en schaaldieren in aquacultuur. Wat is aquacultuur? Aquacultuur omvat de teelt van vissen, weekdieren, schaaldieren en wieren, bedoeld voor consumptie.
- Meer voedsel uit zee is de enige oplossing als we iedereen willen blijven voeden.
Nu al voeden vis en schaaldieren uit de aquacultuur miljoenen mensen, maar het moet nog meer én duurzamer. Patrick Sorgeloos: “Vandaag komt amper twee procent van onze voeding uit het aquatische milieu (zoet, brak en zeewater). Maar als ik zie hoe sterk de consumptie van aquacultuurvis en -schaaldieren de voorbije decennia is gegroeid, vooral in zoet water, dan kunnen we dat ook bereiken met aquacultuur in zee.”
Dat aquacultuur zo’n groei kende, is voor een groot stuk te danken aan Patrick Sorgeloos zelf. Zijn baanbrekend pionierswerk en multidisciplinaire aanpak zette de UGent op de kaart als
We blikken - tussen twee reizen door - met deze onstuitbare academische wervelwind terug op mijlpalen uit zijn loopbaan. Aanleiding is de lancering van het boek ‘Pekel’, geschreven door de zoon van zijn vroegere boezemvriend. Hij beschrijft daarin hun kennismaking en gaat tussen de feiten door op zoek naar een universeel verhaal over passie, over verwondering en over de milde offers die dat met zich meebrengt.
Meer voedsel uit de zee
Dat de schrijver zo begeesterd raakte door het levenswerk van Patrick is makkelijk te geloven als je met Patrick spreekt. Zijn gedrevenheid is vandaag nog altijd even groot als in de beginjaren van zijn onderzoek. Hij heeft zichzelf dan ook een groot doel vooropgesteld dat zijn hele academische carrière richting heeft gegeven: de aquacultuur verbeteren om de wereld te voeden. Centraal in dat vraagstuk: het pekelkreeftje Artemia, een minuscuul diertje – amper een centimeter lang – dat een belangrijke bron van voeding van vis- en schaaldieren in de aquacultuur vormt. Al zo’n vijftig jaar draait Patricks leven rond dat ene beestje. Aanvankelijk vanuit onderzoek naar hoe we het kreeftje zelf kunnen kweken, vandaag vanuit andere uitdagende vragen zoals: kan geïntegreerde en duurzame aquacultuur de wereld voeden?
Vragen die niet uit de lucht komen vallen. De klimaatverandering zet wereldwijd de voedselproductie onder druk. En tegen 2050 zijn we met 9 miljard. Patrick: “Extra land bewerken is niet zomaar mogelijk. Omdat zoet water schaarser en schaarser wordt, zullen we meer en meer voedsel uit de zee moeten halen. Voor mij is dat de enige oplossing als we iedereen willen blijven voeden.”
Een pekelkreeftburger
Via aquacultuur, maar ook met de pekelkreeft zelf als voedingsbron. Van dat laatste is hij alvast overtuigd: “In Bangladesh kan je al een kebab van Artemia eten. Ook in Vietnam maken ze eten van de pekelkreeftjes. Elke rector van de UGent die met mij in Vietnam is geweest, heb ik artemia-omelet voorgeschoteld (lacht). Er loopt nu een eerste project van de wereldvoedselorganisatie FAO om te zien of we dit in de praktijk kunnen realiseren. Pekelkreeft bestaat voor 60% uit eiwit, dus ze zijn een goede vleesvervanger en bovendien goedkoop en duurzaam te kweken.”
Het potentieel is enorm, maar dat betekent niet dat we morgen in Europa een artemiaburger zullen verorberen. “Het is zeer complex om erkend te worden als voedingsproduct in Europa”, geeft hij toe, “maar op plaatsen in de wereld die kampen met voedseltekorten, zou dit een ideale oplossing kunnen zijn.”
Kijken naar het verleden
De moderne aquacultuur heeft, mede dankzij Patrick, de afgelopen tientallen jaren een prachtig parcours afgelegd, maar botst nu tegen de limieten aan met zelfs een negatieve ecologische impact. “Als we de sector duurzamer willen maken, met respect voor biodiversiteit, dan moeten we overschakelen van monocultuur naar geïntegreerde aquacultuur.”
Geïntegreerde aquacultuur bestond 2.000 jaar geleden al in China, de bakermat van de traditionele aquacultuur. “Ondertussen is bewezen dat een geïntegreerd systeem zorgt voor een betere ecologische balans: de combinatie van teelten is beter voor de gezondheid van de vis en schaaldieren, de planten nemen overtollige stikstof op en zuiveren het water. In Azië lopen nu de eerste industriële projecten en die zijn een succes.”
In China gaat het hard met de omschakeling. “Tweeduizend jaar geleden deden ze aan aquacultuur door karpers in de rijstvelden te laten zwemmen. Tot pesticiden de karpers verjaagden. Ondertussen is 9 procent van het areaal overgeschakeld op biologische rijstteelt. Dat betekent minder opbrengst van rijst, maar dat verlies compenseren de telers met extra opbrengst via aquacultuur met krab- en garnaalsoorten.”
De grote Europese aquacultuurbedrijven aarzelen, omdat er aan de switch een groot kostenplaatje hangt. “De grootste producent van kweekzalm is Noorwegen. Jaarlijks produceren ze 1,2 miljard kilo zalm, maar de manier waarop ze het doen is op lange termijn niet milieuvriendelijk genoeg. De wil om over te schakelen naar een duurzame geïntegreerde kweek is er, maar hun brutomarges zijn te klein om die investeringen te kunnen doen. De overheid zal bedrijven moeten helpen om de switch te maken. Want de keuze voor geïntegreerde en duurzame aquacultuur is een must als de sector een toekomst wil hebben.”
Lees ook
Geen gamba’s of scampi zonder de UGent
Als we in de toekomst nog willen genieten van onze wekelijkse portie vis of schaaldieren, dan zal dat voor een groot stuk dankzij aquacultuur zijn. Noem het gerust de visboerderij van de toekomst. De UGent is een absolute wereldspeler in onderzoek naar de duurzaamheid en ontwikkeling van aquacultuur.
De catacomben van de Rozier
Patrick spreekt vandaag over aquacultuur en pekelkreeft met een mondiale bril, maar de begindagen van zijn onderzoek – midden jaren 70 van de vorige eeuw – speelden zich af in de catacomben van de Rozier en de Jozef Plateaustraat. “Mijn labo begon met één lokaal. Toen de Toegepaste Wetenschappen verhuisde, pikte ik meer en meer lokalen in. We waren het eerste labo aan de UGent dat onderzoek deed naar aquacultuur, dus de vraag ‘waar is die gast mee bezig?’ heb ik heel veel gehoord (schaterlacht).”
Als mariene bioloog besefte Patrick snel dat hij zijn onderzoeken niet alleen kon doen. “Ik had niet genoeg competenties in huis en klopte daarom aan voor hulp bij een microbioloog, een biotechnoloog, ook een apotheker kwam bij mij zijn doctoraat doen, …. In die tijd was zo’n multidisciplinaire aanpak ongezien. Ik heb altijd over het muurtje gekeken, ook buiten de UGent. Eén plus één is drie, is mijn mening. Al in de jaren 70 werkte ik samen met andere universiteiten. In België en in het buitenland: Europa, de VS, Azië, …”
Naar Azië
Ontwikkelingssamenwerking was altijd belangrijk voor Patrick. De stap naar Azië maakte hij al midden jaren 70. Eerst enkele jaren in de Filippijnen, daarna in Vietnam. “De oorlog in Vietnam was nog geen tien jaar achter de rug toen ik er in 1982 naartoe ging. Het was absoluut niet evident dat ik in volle Koude Oorlog in een communistisch land aan ontwikkelingssamenwerking ging doen. Maar koppig als ik was vertrok ik toch, met een visum van de VN.”
Het is daar dat Patrick een academische versnelling realiseerde. De verankering met lokale universiteiten die hij er realiseerde ziet hij als de parel aan de kroon van zijn werk op het vlak van academische ontwikkelingssamenwerking. “Meer dan 20 masterstudenten hebben gedoctoreerd bij ons aan de UGent. Vietnam ontwikkelde zich op 40 jaar tijd tot het derde grootste aquacultuurland in de wereld, dat is zeer straf. Zij produceren nu de duurste en beste kwaliteit van Artemia ter wereld. Wat we in Vietnam op poten hebben gezet, inspireerde tal van andere landen. Verschillende van mijn oud-studenten bekleden er nu topposities in de politiek, aan de universiteit en in bedrijven. De link met de UGent is sterk, en dat is allemaal te danken aan ons pionierswerk.”
Eerbetoon aan Magda
In 2010 stierf Patricks echtgenote Magda. “Met het Mama Magdafonds eert de UGent de herinnering aan mijn vrouw, die de voorbije decennia zo veel betekend heeft voor al die doctoraatstudenten die naar de UGent kwamen. Magda was degene die hen warm verwelkomde en zich snel thuis liet voelen.”
Het Mama Magda Fonds maakt het behalen van een joint PhD degree in aquacultuur mee mogelijk, nog een van zijn stokpaardjes. “De voorbije jaren leverden we de eerste joint degrees af, gefinancierd via het Mama Magdafonds. Omdat in het Globale Zuiden de academische kennis groeit, wordt er meer en meer geïnvesteerd in lokaal onderzoek, en dat is een goede zaak. Het academische speelveld wordt gelijker, en de grotere lokale academische kennis versterkt ook de lokale aquacultuursector. Met een joint degree investeer je als universiteit in de toekomst. Als de UGent doctoraatsstudenten kan uitsturen en uitnodigen, blijft het de vinger aan de pols houden en blijft de UGent relevant voor onderzoek naar aquacultuur.”
Pekel: de schrijver, de professor en het kreeftje dat de wereld veranderde
‘Pekel’ is een literaire beschrijving van het academisch parcours van Patrick Sorgeloos. Een zoektocht naar een universeel verhaal over passie, verwondering en de milde offers die daarmee gepaard gaan. Auteur is Dieter Honoré, de zoon van een jeugdvriend van Patrick Sorgeloos. Ze ontmoetten elkaar na het overlijden van Dieters vader en dat eerste gesprek mondde uit in dit boek, dat als ondertitel ‘De schrijver, de professor en het kreeftje dat de wereld veranderde’ mee kreeg. Het is verkrijgbaar via de website van uitgever Borgerhoff & Lamberigts.
Lees ook
“Studenten geneeskunde oefenen op levensechte modellen dankzij testament van huisarts”
Hoe voelt een vergrote prostaat aan? Of een knobbeltje in de borst? En hoe leg je een urinesonde aan? Dankzij de nalatenschap van een huisarts kunnen studenten geneeskunde ook zonder echte patiënten hun vaardigheden oefenen in een gloednieuw zelfleerstation.
Zelf kombucha maken? “Let bij fermenteren op voor ontploffende flessen!”
Je vindt kombucha steeds meer terug in de supermarkt en op café. Maar wat is dat zurige gefermenteerde drankje precies en hoe kan je zelf kombucha maken?
Hoe het testament van een huisarts studenten geneeskunde helpt
Guy De Cloedt, UGent-alumnus en voormalig huisarts in Gent, overleed twee jaar geleden onverwacht aan een infectie. Met zijn nalatenschap werd een fonds opgericht dat het skillslab van de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen ondersteunt. Dokters in spe kunnen zo hun medische vaardigheden beter oefenen.
Zo vermijd je parasieten op reis
Vakantie! Je kijkt al uit naar al de heerlijke dingen die je gaat eten op reis, maar wacht … Kan je zomaar om het even wat eten? “Er zijn toch een aantal voedingswaren waar je wat voorzichtig mee moet zijn.” Professor Sarah Gabriël vertelt ons hoe je kan vermijden dat je parasieten terug mee naar huis neemt.