In de strijd tegen de klimaatverandering spelen niet alleen grote, maar ook kleine bossen een rol. Ze blijken zelfs veel belangrijker dan gedacht. Kleine bossen slaan verhoudingsgewijs namelijk meer koolstof op dan hun grote broers. Het is dan ook erg belangrijk ze te koesteren en er zelfs bij te planten.
Dat bossen onmisbaar zijn, weten we al langer dan vandaag. Ze zijn niet alleen een bron van zuurstof, maar ook een belangrijk wapen tegen klimaatverandering. Als echte CO₂-stofzuigers slaan ze hun leven lang zowat een derde op van wat we uitstoten.
Het uitgangspunt is daarbij altijd geweest: hoe groter het bos, hoe meer positieve impact op de luchtkwaliteit. Dat is ook zo, maar de onderzoeksgroep Forest & Nature Lab, onder leiding van professor Kris Verheyen en Pieter De Frenne, ontdekte nu dat we de bijdrage van kleine bossen niet mogen onderschatten.
Meer koolstofopslag in bosrand
Hun onderzoek toont namelijk aan dat er vooral in bosranden veel koolstofopslag is. Meer dan in de kern van een bos. Onderzoeker Camille Meeussen: “Dat komt wellicht omdat er meer stikstof beschikbaar is aan de rand van een bos, er meer licht is én er een warmer microklimaat heerst. Kleine bossen hebben verhoudingsgewijs meer bosrand, en slaan dus proportioneel gezien meer koolstof op.”
Professor Kris Verheyen schetst het belang van het onderzoek: “Bossen in Europa zijn erg versnipperd. Er ontstaan steeds meer bosjes die niet groter zijn dan een voetbalveld. Die kleine bossen werden tot nog toe totaal over het hoofd gezien - zowel in wetenschappelijk onderzoek als beleidsmatig. We voelden de nood hier verandering in te brengen en samen met een netwerk van Europese onderzoekers zijn we een aantal projecten gestart.”
Niet te verwaarlozen randeffect

Het randeffect dat nu blijkt, is geen detail. De onderzoekers rekenden uit dat alle bosranden in Europa - zo’n 9 miljard meter - goed zijn voor een opslag van 183 megaton koolstof. Om hetzelfde effect te bereiken met een aaneengesloten bos, zou je al een miljoen hectare extra bos nodig hebben, of een derde van de oppervlakte van België. Camille Meeussen: “De hogere koolstofopslag in de bosranden zit vooral in de bovengrondse biomassa - de takken, blaadjes aan de bomen en stammen. Maar ook in de bodem en de strooisellaag - zoals de dode blaadjes op de bosbodem - zit een hogere koolstofopslag dan in het centrum van de bossen.”
En er is meer
Eerder onderzoek van de groep had al aangetoond dat kleine bossen per oppervlakte-eenheid meer ecosysteemdiensten leveren in verhouding met grotere bossen. Kris: “Dat zijn de diensten die de natuur levert aan de mens, zoals voedselproductie, klimaatregulatie of natuurlijke bestrijding van ziektes. Zo ontdekten we al dat de koolstofopslag in de bodem in kleinere bossen verhoudingsgewijs groter was, en dat er een groter voedselaanbod is voor wilde dieren als reeën per vierkante meter. Ook zagen we dat er verhoudingsgewijs minder teken leven, wat belangrijk is tegen de verspreiding van de ziekte van Lyme.”
De ecosysteemdiensten blijken met andere woorden zelfs in heel kleine bosjes belangrijker dan we vroeger dachten. Pieter: “Anderzijds blijven grote bossen natuurlijk erg belangrijk: zij scoren beter op vlak van biodiversiteit. Grote en kleine bossen zijn met andere woorden complementair.”

Gefragmenteerde bossen in Vlaanderen
De bevindingen van het Forest & Nature Lab zijn niet onbelangrijk voor Vlaanderen, een van de bosarmste regio’s van Europa. Het gemiddelde Vlaamse bos is kleiner dan één hectare, en valt daardoor vaak tussen de mazen van het net. Belangrijk is dat ook die bossen niet verwaarloosd en beter beschermd worden.
Lees ook
UGent’ers op Antarctica: speuren naar de geheimen van het zuidelijke continent
Hoe reageren micro-organismen in de polaire gebieden op veranderingen en wat kan ons dat leren in de strijd tegen de klimaatverandering? Die vraag houdt bioloog Bjorn Tytgat en het team waarvan hij deel uitmaakt al jaren bezig.
Optimisme als motor voor verandering: eredoctoraat voor Christiana Figueres
De Universiteit Gent eert Christiana Figueres met een eredoctoraat voor haar onvermoeibare inzet voor klimaatactie en haar unieke vermogen om mensen en naties te verenigen rond een gemeenschappelijk doel. Ze maakte van haar stubborn optimism een levenswijze.
Moet de natuur rechten krijgen?
Onder invloed van de toenemende klimaatverandering klinkt de roep naar rechten voor de natuur steeds luider, vooral vanuit klimaatactivisten. Maar zouden zulke rechten de natuur beter beschermen?
De impact van klimaatverandering begrijpen? Meten, meten en nog meer meten!
“De klimaatverandering is een globaal probleem. Maar als je de impact ervan echt wil kennen, moet je lokale data hebben.” Dat zeggen meteoroloog Steven Caluwaerts en bio-ingenieur Pieter De Frenne.