Jacques Rogge is op 29 augustus 2021 op 79-jarige leeftijd overleden. Bij het brede publiek was hij vooral bekend als voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité. Aan de UGent was hij gekend als professor in de sportgeneeskunde en eredoctor.
‘Jacky’ Rogge werd in 1942 geboren in Gent. Hij studeerde geneeskunde aan de Universiteit Gent, waarna hij een doctor in de geneeskunde en een licentiaat in de sportgeneeskunde behaalde. Nadien ging hij aan de slag als orthopedisch chirurg in het Gentse ziekenhuis Maria Middelares. In diezelfde periode doceerde hij ook aan de UGent en aan de VUB.
UGent’er
Hoewel hij vooral bekend is geworden als voorzitter van het IOC, heeft hij ook aan de UGent een grote indruk nagelaten. In 2002 ontving Rogge er een eredoctoraat. Hij werd geloofd om de unieke combinatie als wetenschappelijk onderlegd arts, opmerkelijk sportman en internationaal manager.
“Ook nadat hij in 1972 in het kader van zijn scriptie voor de opleiding Sportgeneeskunde onderzoek verrichtte naar de spierwerking tijdens zeilen, bleef sportgerelateerd onderzoek hem nauw aan het hart liggen. Hij erkende ten volle de voordelen van fysieke activiteit voor de gezondheid en was een voorvechter voor de organisatie van lichamelijke opvoeding en sport voor iedereen. We verliezen een échte pionier maar we zijn immens trots om nog dagelijks onder zijn naam te mogen werken” klinkt het bij de Vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen UGent.
In 2015 werd onder impuls van toenmalig rector Paul Van Cauwenberge het nieuwe, state-of-the-art onderzoekslabo ‘The Sports Science Laboratory - Jacques Rogge’ geopend, waar zowel fundamenteel als toegepast sportwetenschappelijk onderzoek op topniveau wordt gedaan.
“Hij was niet alleen een zeer goede chirurg. Hij bleef ook alle wetenschappelijke evoluties binnen het vak nauwgezet volgen”, vertelt oud-rector Paul Van Cauwenberge, die hem goed heeft gekend. “Het is dan ook meer dan normaal dat het labo naar hem werd genoemd.”
Van Cauwenberge kende Rogge al sinds hun studententijd.
“We hebben samen gestudeerd, maar ik ben een paar jaar jonger. Ik heb heel zijn carrière, als dokter, docent, sportman en voorzitter van het IOC van dichtbij gevolgd”, vertelt Van Cauwenberge. “Ik stond altijd versteld hoe hij die dingen kon combineren.” Maar ook als mens was hij uniek, vertelt de oud-rector. “Jacques was een uitzonderlijke man. Ik denk niet dat er veel waren zoals hij. Het was een mens die aantrok, die veel succes had en hard werkte.”
Jacques Rogge leende zijn ook naam aan de Olympische leerstoel ‘Henri de Baillet Latour – Jacques Rogge’, waardoor binnen de UGent een succesvolle onderzoekslijn naar ethiek in de sport werd opgestart.
Van sportman tot sportbaas
Voor het grote publiek werd hij bekend in 2001, toen hij een van de topfiguren in de sportwereld werd, als voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité (IOC). Een functie die hij tot 2013 zou bekleden. Onder zijn bewind sloeg het IOC een nieuwe weg in. Rogge trad hard op tegen doping, waar hij voor nultolerantie pleitte. Hij heeft zijn bijnaam ‘Mister Clean’ dan ook niet gestolen.
Rogge was geen onbekende in de sportwereld. ‘Jacky’ nam verschillende keren deel aan het zeilen in de Finnklasse bij de Olympische Spelen. De eerste keer in 1968 in Mexico, later tijdens de Spelen van 1968 in München en uiteindelijk tijdens de Spelen van 1976 in Montreal. Hoewel er geen Olympische medaille in zat voor Rogge, werd hij als zeiler wel zestien keer Belgisch kampioen en één keer wereldkampioen.
Zijn passie voor sport ging verder dan enkel zeilen. Hij speelde rugby bij ‘Gent Rugby Football Club’, dat hij mee oprichtte. Rogge bleek ook een rugbytalent en werd zelfs tien keer geselecteerd voor het Belgische rugbyteam.
Adellijke titel(s)
Voor zijn verwezenlijkingen kreeg Rogge zowel in eigen land als in het buitenland veel aanzien. In 1993 werd hij tot ridder geslagen. In 2013 kreeg hij van koning Filip de titel van graaf voor zijn geleverde prestaties. Een jaar later kreeg hij ook in Groot-Brittannië de adellijke titel van ridder.
Lees ook
Hoe nieuwe hockeybal duizenden liter water per wedstrijd bespaart
Jaarlijks zijn er miljoenen liter water nodig om op één bewaterd hockeyveld te spelen. Dat maakt de sport duur, niet duurzaam en ontoegankelijk. Een uitdaging voor professor Dagmar D’hooge en zijn team van de faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur.
Gentse onderzoeker kritisch voor de sportgokindustrie: “Gokken op sport houdt veel risico’s in, maar werd lang sterk genormaliseerd”
Elke week gokken 576.493 Belgen minstens één keer online. Bram Constandt, professor Sportmanagement, bestudeert de impact van gokreclame op consumenten die inzetten op sportweddenschappen. De resultaten van het onderzoek stoffeerden mee het Koninklijk Besluit dat gokreclames grotendeels verbiedt sinds 1 juli 2023.
Waarom een sportapp ook demotiverend kan werken
In topsport is het al helemaal ingeburgerd, maar ook amateursporters gebruiken steeds vaker technologie om hun sportprestaties te verbeteren of om blessures te voorkomen. Sporttechnologie zit overal, maar er zijn valkuilen.
Kan je rijk worden door te gokken op sportwedstrijden?
Denk je dat je na het WK eindelijk dat zwembad in je tuin kan aanleggen dankzij enkele weldoordachte gokjes op de juiste matchen? Of is de kans groter dat je je huis moet verkopen na wat sportgokjes te veel?
